Staan ook uw stortingen in uw pensioenplan onder druk door de strengere 80%-regel?

80%-regel

80%

De zogenaamde 80%-regel bepaalt het maximum pensioenkapitaal dat u met uw vennootschap kan opbouwen ten laste van uw vennootschap. Dat maximum pensioenkapitaal wordt via de 80%-regel vertaald in een maximaal aftrekbare pensioenpremie. Op basis van die 80%-regel mag de som van uw wettelijk en aanvullend pensioen niet meer bedragen dan 80% van uw laatste normale bezoldiging.

Respecteert u die 80%-grens niet, dan worden de pensioenpremies (deels) niet fiscaal aftrekbaar. Uw loopbaan en uw bezoldiging zijn dus de belangrijkste factoren in de berekening van de 80%-regel. Hoe langer de (zelfstandige) loopbaan binnen de vennootschap en hoe hoger de bezoldiging, hoe hoger het pensioenkapitaal dat kan opgebouwd worden ten laste van de vennootschap en dus hoe hoger de fiscaal aftrekbare pensioenpremie die (jaarlijks) kan gestort worden.

Backservice

Indien u voorafgaand aan uw loopbaan binnen uw vennootschap ook nog jaren buiten de vennootschap hebt gewerkt, hetzij als zelfstandige, hetzij als werknemer, dan wordt getolereerd dat uw loopbaan met maximaal 10 jaren fictief uitgebreid wordt. Op die manier wordt de zogenaamde “loopbaanbreuk” geoptimaliseerd en wordt uw maximaal pensioen bijvoorbeeld berekend op basis van een loopbaanbreuk van 25/40sten in plaats van 15/40sten. Die fictieve uitbreiding van de loopbaan wordt in de praktijk aangeduid met de term “backservice”.

De logica wil dat wanneer u zo’n backservice-correctie wenst toe passen om zo tot een hoger op te bouwen pensioenkapitaal te komen, u ook de reeds opgebouwde reserves in het verleden in rekening moet brengen om het pensioenkapitaal te berekenen dat u ten laste van uw vennootschap kan opbouwen.

Fiscus wordt strenger: backservice of geen backservice > altijd rekening houden met de reeds opgebouwde reserves!

Al naargelang men in het verleden al belangrijke pensioenreserves had opgebouwd was het in het verleden al dan niet interessant om van de “backservice”-mogelijkheid gebruik te maken. Die mogelijkheid was inderdaad maar interessant indien de reeds opgebouwde reserves eerder beperkt waren. Had men reeds een aardige pensioenreserve opgebouwd, dan paste men de backservice-mogelijkheid simpelweg niet toe en moest men ook geen rekening houden met deze in het verleden reeds opgebouwde reserves.

Sinds een tweetal jaar hanteren de fiscale controleurs echter een strengere aanpak van de 80%-regel, waarbij volgens de fiscus altijd moet rekening gehouden worden met de in het verleden opgebouwde reserves, ongeacht of men opteert voor de backservicemogelijkheid of niet.

Praktische gevolgen

De verzekeringsmaatschappijen zien zich verplicht te anticiperen op deze strengere zienswijze van de fiscus. Bij elke aftoetsing van de 80%-regel houden zij dus voortaan rekening met de in het verleden opgebouwde reserves, ook voor dossiers waar er nog niet geopteerd werd voor de backservicemogelijkheid. Dit betekent concreet dat vele verzekerden de boodschap krijgen dat zij helemaal geen pensioenpremies meer fiscaal in aftrek kunnen brengen omdat ze door de reeds gestorte premies in hun lopend contract samen met de in het verleden opgebouwde reserves de 80%-grens al overschrijden. Sommige belastingplichtigen werden hiermee al geconfronteerd in het kader van fiscale controles, waarbij de lokale controleurs deze strengere zienswijze inroepen om pensioenpremies soms volledig te verwerpen.

Wat nu? Laat uw pensioenplan screenen!

 

pensioenplanscreenen

 

Men doet er goed aan in kaart te brengen of deze strengere zienswijze van de fiscus het risico meebrengt dat (een deel van) uw pensioenpremies fiscaal niet-aftrekbaar dreigen te worden.

Anderzijds loont het ook de moeite om na te gaan of een fictieve uitbreiding van de loopbaan met maximaal 10 jaar, uiteraard rekening houdende met de in het verleden reeds opgebouwde reserves, u de mogelijkheid biedt  om nog steeds uw pensioenpremie fiscaal aftrekbaar te stellen of zelfs nog te verhogen (al dan niet door een verhoging van de jaarlijkse premie of een eenmalige “backservicestorting” of een combinatie van beiden).

Verder kan het ook de moeite lonen uw loonadministratie te screenen. In de praktijk worden bepaalde voordelen van alle aard niet in uw loonadministratie opgenomen, maar pas bij de afsluiting van het boekjaar geregulariseerd door een (bijkomende) fiche 281.20 op te stellen. Dergelijke voordelen van alle aard mogen niet mee opgenomen worden in de berekening van de 80%-regel, omdat ze niet geacht worden deel uit te maken van de “normale” bezoldiging.

Gaat u die voordelen wel integreren in uw loonadministratie, dan worden ze beschouwd als deel uitmakende van uw “normale bezoldiging” en dan mogen ze wel meegerekend worden voor de 80%-regel wat resulteert in een potentieel hoger pensioenkapitaal dat ten laste van de vennootschap kan opgebouwd worden.

Is de conclusie van de screening dat u voor een aantal jaren uw extralegale pensioenopbouw dient te bevriezen, dan wordt het uitkijken naar zinvolle alternatieven om bijvoorbeeld eventuele cashoverschotten in uw vennootschap een (fiscaal vriendelijke) bestemming te geven. Daarover meer in een aparte nieuwsbrief.

Meer info?

Contacteer dan Xavier Pattyn, bestuurder Bofisc Tax & Legal via 051 76 01 40 of via xavier.pattyn@bofisc.be